Kampeerder steeds groener, maar geen fan van elektrisch rijden
De kampeerder is op de goede groene weg, maar zijn duurzame ambities zijn niet altijd grenzeloos, blijkt uit een enquête van ACSI en Camptoo.
In aanloop naar het nieuwe kampeerseizoen hebben Europa’s kampeerspecialist ACSI en camperdeelplatform Camptoo de Nederlandse kampeerder gevraagd naar zijn groene doelen. Uit de enquête, die door 1.500 kampeerders werd ingevuld, blijkt dat het ontlasten van de natuur in toenemende mate op de agenda staat. Sowieso is kamperen een duurzame manier van vakantievieren, vindt de kampeerder.
Hoe hij die milieuvriendelijke ambities toepast tijdens zijn kampeervakantie? Natuurlijk door afval te scheiden, lokaal boodschappen te doen, zoveel mogelijk de auto te laten staan en daarvoor in de plaats de fiets te pakken, maar ook: zo min mogelijk gebruik maken van elektronische apparaten en het aanschaffen van zonnepanelen. Ergernissen op de camping zijn er ook. Het merendeel zegt zich weleens op te winden als anderen hun afval laten slingeren of niet scheiden, of hun vuile water lozen op plekken waarvoor die niet bedoeld zijn. Of zij hun medekampeerder aanspreken op hun milieuonvriendelijke gedrag? 60 procent slikt zijn commentaar liever in.
‘We zien ook dat kampeerders het toejuichen dat steeds meer campings milieumaatregelen nemen. Maar liefst 79 procent ziet duurzame maatregelen zoals groene stroom, afvalscheiding en recyclen als (heel erg) belangrijk. Zo’n 38 procent vindt het ook belangrijk dat hun camping naar keuze beschikt over een duurzaamheidskeurmerk. Maar, geeft het merendeel ook ruiterlijk toe, dat zien ze liever niet doorberekend in de kosten’, vertelt Frank Jacobs, campingexpert bij ACSI.
Komt het aan op de keuze van de vakantiebestemming, dan blijken de duurzame ambities niet altijd grenzeloos. Bijna de helft van de vakantiegangers geeft aan nooit rekening te houden met de milieu-impact van het aantal reiskilometers van de kampeervakantie. Ook loopt de kampeerder nog niet warm voor het compenseren van die ecologische voetafdruk, slechts twee op de tien doet dit soms of regelmatig, driekwart nooit. Zijn er dan wel genoeg mogelijkheden om de uitstoot te compenseren? 65 procent geeft aan daar geen weet van te hebben.
Kampeerder nog geen fan van elektrisch rijden
Gaat de ontwikkeling van elektrische voertuigen ook in de kampeerwereld voor een ommekeer zorgen? Voorlopig nog niet, aldus de camper- of caravaneigenaar. Driekwart van de respondenten geeft aan op dit moment niet de aanschaf van een elektrisch alternatief te overwegen, vanwege een drietal redenen: een te beperkte actieradius, te weinig laadpalen of de te hoge aanschafprijs. Ook is een deel nog niet helemaal overtuigd van de ware ecologische winst van een elektrisch kampeervoertuig.
‘Het wil nog niet echt vlotten met elektrisch kamperen’, onderstreept Frans Hoofwijk, camperexpert van Camptoo. ‘Het aanbod is beperkt. Bij campers kom je als je een redelijke actieradius wilt hebben al snel in de knoei met het gewicht en voor wat betreft caravans: het merendeel van de elektrische auto’s is nog niet in staat zo’n zware last te trekken.’
‘Ook valt inderdaad nog veel te winnen wat betreft het aantal laadpalen, niet alleen op weg naar de vakantiebestemming, maar ook op de camping zelf’, zegt Jacobs. ‘Op campings waar kampeerders huuraccommodaties boeken, zien campingeigenaren steeds meer kampeerders met een elektrische auto. Campingeigenaren willen daar graag op inspelen door laadpalen aan te leggen, maar ze worstelen met de investeringen daarvoor. Zo moet het elektriciteitsnetwerk op de camping soms flink op de schop om de capaciteit te vergroten. En ook de laadpalen zelf zijn een flinke investering.’
‘Dat alles bij elkaar opgeteld maakt het voor de consument toch best een beetje spannend’, vat Hoofwijk samen. ‘Je koopt een kampeervoertuig om er de komende 10, 15 jaar zorgeloos mee op vakantie te gaan, dan wil je wel eerst zekerheden hebben. Maar, de techniek ontwikkelt zich razendsnel en dus zullen we in de nabije toekomst net zo makkelijk kunnen reizen met een elektrisch voertuig als een op brandstof.’